IPROFIEL       Anneke de Maat

‘Ik kijk naar de mens achter de vraag en ik scherp de vraag aan’

‘De ontmoetingen met de mensen die bij ons aankloppen met hun vragen.’

‘Lekke banden. Ik fiets voor mijn werk van Haarlem naar Amsterdam en ik had laatst twee keer op een dag een lekke band.’

‘In de bibliotheek tussen de boeken en kennis zitten.’

informatiespecialist
bij Het Scheepvaartmuseum

bibliotheekopleiding Frederik Muller Academie

Foto: Anneke de Maat

Het Scheepvaartmuseum heeft een van de belangrijkste maritiem-historische bibliotheekcollecties ter wereld: zestigduizend boeken, sommige meer dan vijfhonderd jaar oud. Dagelijks krijgt de bibliotheek allerlei vragen van mensen die informatie zoeken over schepen of over mensen die op de vaart werkten. Erwin van Delden helpt bij het zoeken naar antwoorden. ‘Je moet de weg weten in de zoeksystemen en goed uitvragen wat precies de vraag is. Ik vind het belangrijk dat mensen blij weer naar buiten gaan.’

Het beroep van informatieprofessional is zeer divers – van vakgebied en werkgever tot functie-inhoud en takenpakket. Om de breedte van het vak te laten zien, lichten we in de rubriek IProfiel een informatieprofessional door.

Foto: Anneke de Maat

De bibliotheek van Het Scheepvaartmuseum

‘Ik vind het leuk om met een frisse blik in een nieuwe organisatie te komen, om te ontdekken wat de cultuur daar is en hoe ik daarin pas’

‘Je hoeft niet alles te weten, als je maar weet waar en hoe je de informatie kunt vinden’

‘De grootste uitdaging is ervoor te zorgen dat mensen naar de bibliotheek blijven komen. Dat ze de waarde ervan inzien’

HOE BEN JE IN DIT VAK GEROLD?
‘Ik heb altijd een brede interesse gehad en wist niet zo goed welke studie te kiezen. De bibliotheekopleiding vond ik een heel leuke opleiding omdat je er via capita selecta over veel onderwerpen een beetje leert. Na mijn afstuderen ging ik aan de slag als literatuuronderzoeker bij de bibliotheek van het Koninklijk Instituut voor de Tropen (KIT): een bijzondere bibliotheek die haar oorsprong had in de koloniale tijd en die in 2013 is gesloten. Als literatuuronderzoeker maakte ik indexen van de Indischea tijdschriften. Daarvoor maakte ik korte beschrijvingen van de artikelen.

Na tien jaar werd ik collectievormer en vervolgens collectiespecialist. In die functies hield ik me bezig met het op orde houden van de thesaurus, het aankopen van nieuwe titels en het ontzamelen. We selecteerden titels uit nationale bibliografieën, fondscatalogi, antiquariaatlijsten en boekbesprekingen. Om een goede selectie te kunnen maken, moet je weten wat de vooraanstaande uitgeverijen en auteurs zijn, en welke thema’s actueel zijn voor de onderwerpen waarvoor je collectioneert. Het is belangrijk dat je vooruit kunt denken, zodat de boeken al in de bibliotheek staan voordat de klant met de vraag komt. En met het geld vanuit het Deltaplan voor het Cultuurbehoud heb ik gewerkt aan het beter conserveren en restaureren van de erfgoedcollectie. Ik heb 31 jaar bij de KIT-bibliotheek gewerkt. We waren ook bezig met het digitaliseren van de collecties, maar helaas viel in 2013 het doek.’

JE HEBT OP VEEL VERSCHILLENDE PLAATSEN GEWERKT …
‘Mijn aanstelling bij de KIT-bibliotheek was voor twintig uur per week. De andere helft van de tijd werkte ik bij allerlei instellingen, onder andere als archiefmedewerker bij het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG) en als bibliothecaris bij de Academie voor Gezondheidszorg Kennemerland. Na mijn vertrek bij het KIT werkte ik bij de Boekmanstichting, via uitzendbureau KBenP bij het Rijksmuseum en het Stedelijk Museum Breda, en als docent digitale geletterdheid bij de Bibliotheek Zuid-Kennemerland. Ik denk met veel plezier terug aan mijn tour langs bibliotheken, buurthuizen en basisscholen! Dat werken op veel verschillende plekken is me heel goed bevallen. Ik vind het leuk om elke keer weer met een frisse blik in een nieuwe organisatie te komen, om te ontdekken wat daar de cultuur is en hoe ik daarin pas. En ik houd ervan me elke keer weer in nieuwe onderwerpen te verdiepen. Je hoeft niet alles te weten, als je maar weet waar en hoe je de informatie kunt vinden.’

HOE IS HET VAK VERANDERD EN HOE HOUD JE JE VAK BIJ?
‘Het vak is door de digitale technologie enorm veranderd, maar voor mij is het in de basis hetzelfde gebleven. Het is een dienstverlenend vak. Je moet het leuk vinden om anderen te helpen. Je moet weten hoe en waar je moet zoeken, hoe een bibliotheek geordend is en welke zoektermen relevant zijn. Je moet snel informatie kunnen scannen en snel in de gaten hebben waar iets over gaat. Het maakt niet zo veel uit of je dat analoog doet of digitaal.

Er zijn nieuwe ontwikkelingen in titelbeschrijven. Daarvoor heb ik een cursus over resource description and access (RDA) gevolgd. Verder deed ik een cursus linked open data voor erfgoedinstellingen. Ik volg de ontwikkelingen op het gebied van kunstmatige intelligentie, maar pas dit nog niet toe in mijn werk. 

Voor ons vak is het ook belangrijk dat je goed de maatschappelijke ontwikkelingen en het maatschappelijk debat volgt, zodat je kunt anticiperen op vragen die gaan komen. Bij Het Scheepvaartmuseum hebben we objecten en boeken uit de VOC-tijd. Hoe de samenleving tegen die periode in onze geschiedenis aankijkt, is veranderd. Om de vinger aan de pols te houden, luister ik graag naar podcasts, zoals Hier hing een schilderij [een podcast over roofkunst, nationaal schuldgevoel en exorbitante prijsstijgingen op de kunstmarkt] of Voorheen Schaamteloos Randstedelijk (VSR) [een podcast voor alle jonge mensen in de stad op zoek naar houvast].’

WAT DOE JE IN JE FUNCTIE ALS INFORMATIESPECIALIST BIJ HET SCHEEPVAARTMUSEUM?
‘We werken in de bibliotheek met twee betaalde krachten en daarnaast met vrijwilligers. Mijn collega Marja Goud is hoofd van de bibliotheek en doet de aankopen voor de collectie, want zij heeft meer kennis van scheepvaart. Ik houd me bezig met het verfijnen van de thesaurus, het maken van de titelbeschrijvingen en het schrijven van boekbesprekingen. Daarnaast help ik de mensen die hier komen met hun vragen. Die vragen zijn enorm uiteenlopend. Je hebt de liefhebbers van oude boten die alles willen weten over een bepaald scheepstype en je hebt mensen die iets vinden op het strand en willen weten wat het is. Verder zijn er mensen die zoeken naar informatie over familieleden die hebben gereisd of hebben gewerkt op schepen of scheepswerven. Ik help ze zoeken naar technische tekeningen of met genealogisch onderzoek. Ik geniet erg van het contact met de mensen. Ik kijk naar de mens achter de vraag en ik help met het aanscherpen van de vraag. Goed kunnen communiceren is een belangrijke vaardigheid voor een informatiespecialist. 

De boeken en tijdschriften van voor 1850 liggen in het depot. Mensen kunnen die alleen op aanvraag inzien en ik begeleid ze dan naar het depot. De bibliotheek is gratis toegankelijk voor iedereen, maar we lenen niet uit. Mensen kunnen hier in de studiezaal komen lezen of studeren.’

WAT IS JE FAVORIETE BIBLIOTHEEKCOLLECTIESTUK?
‘Ik vind het mooi als er persoonlijke notities in een boek staan; sporen van een gebruiker, zoals aantekeningen in de kantlijn. We hebben in de collectie een negentiende-eeuws scheepsjournaal waarin in de kantlijn doodshoofdjes zijn getekend bij de dagen dat er iemand was overleden. Zoiets maakt de geschiedenis heel tastbaar.’

WAT ZIE JE ALS DE GROOTSTE UITDAGING VOOR HET BIBLIOTHEEKVAK DE KOMENDE JAREN?
‘De grootste uitdaging is ervoor te zorgen dat mensen naar de bibliotheek blijven komen. Dat ze de waarde ervan inzien. Er is veel digitaal beschikbaar, maar een oud boek bekijken en hier in de bibliotheek zitten, waar de kennis zichtbaar staat opgetast, is toch een andere ervaring. We moeten openstaan voor nieuwe ontwikkelingen en het goede oude behouden.’ <

IP | vakblad voor informatieprofessionals | 01 / 2024

Foto: Anneke de Maat

De bibliotheek van Het Scheepvaartmuseum

Foto: Anneke de Maat

Het beroep van informatieprofessional is zeer divers – van vakgebied en werkgever tot functie-inhoud en takenpakket. Om de breedte van het vak te laten zien, lichten we in de rubriek IProfiel een informatieprofessional door.

IPROFIEL       Anneke de Maat

‘Ik kijk naar de mens achter de vraag en ik scherp de vraag aan’

Het Scheepvaartmuseum heeft een van de belangrijkste maritiem-historische bibliotheekcollecties ter wereld: zestigduizend boeken, sommige meer dan vijfhonderd jaar oud. Dagelijks krijgt de bibliotheek allerlei vragen van mensen die informatie zoeken over schepen of over mensen die op de vaart werkten. Erwin van Delden helpt bij het zoeken naar antwoorden. ‘Je moet de weg weten in de zoeksystemen en goed uitvragen wat precies de vraag is. Ik vind het belangrijk dat mensen blij weer naar buiten gaan.’

bibliotheekopleiding Frederik Muller Academie

informatiespecialist
bij Het Scheepvaartmuseum

‘In de bibliotheek tussen de boeken en kennis zitten.’

‘Lekke banden. Ik fiets voor mijn werk van Haarlem naar Amsterdam en ik had laatst twee keer op een dag een lekke band.’

‘De ontmoetingen met de mensen die bij ons aankloppen met hun vragen.’

HOE BEN JE IN DIT VAK GEROLD?
‘Ik heb altijd een brede interesse gehad en wist niet zo goed welke studie te kiezen. De bibliotheekopleiding vond ik een heel leuke opleiding omdat je er via capita selecta over veel onderwerpen een beetje leert. Na mijn afstuderen ging ik aan de slag als literatuuronderzoeker bij de bibliotheek van het Koninklijk Instituut voor de Tropen (KIT): een bijzondere bibliotheek die haar oorsprong had in de koloniale tijd en die in 2013 is gesloten. Als literatuuronderzoeker maakte ik indexen van de Indischea tijdschriften. Daarvoor maakte ik korte beschrijvingen van de artikelen.

Na tien jaar werd ik collectievormer en vervolgens collectiespecialist. In die functies hield ik me bezig met het op orde houden van de thesaurus, het aankopen van nieuwe titels en het ontzamelen. We selecteerden titels uit nationale bibliografieën, fondscatalogi, antiquariaatlijsten en boekbesprekingen. Om een goede selectie te kunnen maken, moet je weten wat de vooraanstaande uitgeverijen en auteurs zijn, en welke thema’s actueel zijn voor de onderwerpen waarvoor je collectioneert. Het is belangrijk dat je vooruit kunt denken, zodat de boeken al in de bibliotheek staan voordat de klant met de vraag komt. En met het geld vanuit het Deltaplan voor het Cultuurbehoud heb ik gewerkt aan het beter conserveren en restaureren van de erfgoedcollectie. Ik heb 31 jaar bij de KIT-bibliotheek gewerkt. We waren ook bezig met het digitaliseren van de collecties, maar helaas viel in 2013 het doek.’

JE HEBT OP VEEL VERSCHILLENDE PLAATSEN GEWERKT …
‘Mijn aanstelling bij de KIT-bibliotheek was voor twintig uur per week. De andere helft van de tijd werkte ik bij allerlei instellingen, onder andere als archiefmedewerker bij het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG) en als bibliothecaris bij de Academie voor Gezondheidszorg Kennemerland. Na mijn vertrek bij het KIT werkte ik bij de Boekmanstichting, via uitzendbureau KBenP bij het Rijksmuseum en het Stedelijk Museum Breda, en als docent digitale geletterdheid bij de Bibliotheek Zuid-Kennemerland. Ik denk met veel plezier terug aan mijn tour langs bibliotheken, buurthuizen en basisscholen! Dat werken op veel verschillende plekken is me heel goed bevallen. Ik vind het leuk om elke keer weer met een frisse blik in een nieuwe organisatie te komen, om te ontdekken wat daar de cultuur is en hoe ik daarin pas. En ik houd ervan me elke keer weer in nieuwe onderwerpen te verdiepen. Je hoeft niet alles te weten, als je maar weet waar en hoe je de informatie kunt vinden.’

HOE IS HET VAK VERANDERD EN HOE HOUD JE JE VAK BIJ?
‘Het vak is door de digitale technologie enorm veranderd, maar voor mij is het in de basis hetzelfde gebleven. Het is een dienstverlenend vak. Je moet het leuk vinden om anderen te helpen. Je moet weten hoe en waar je moet zoeken, hoe een bibliotheek geordend is en welke zoektermen relevant zijn. Je moet snel informatie kunnen scannen en snel in de gaten hebben waar iets over gaat. Het maakt niet zo veel uit of je dat analoog doet of digitaal.

Er zijn nieuwe ontwikkelingen in titelbeschrijven. Daarvoor heb ik een cursus over resource description and access (RDA) gevolgd. Verder deed ik een cursus linked open data voor erfgoedinstellingen. Ik volg de ontwikkelingen op het gebied van kunstmatige intelligentie, maar pas dit nog niet toe in mijn werk. 

Voor ons vak is het ook belangrijk dat je goed de maatschappelijke ontwikkelingen en het maatschappelijk debat volgt, zodat je kunt anticiperen op vragen die gaan komen. Bij Het Scheepvaartmuseum hebben we objecten en boeken uit de VOC-tijd. Hoe de samenleving tegen die periode in onze geschiedenis aankijkt, is veranderd. Om de vinger aan de pols te houden, luister ik graag naar podcasts, zoals Hier hing een schilderij [een podcast over roofkunst, nationaal schuldgevoel en exorbitante prijsstijgingen op de kunstmarkt] of Voorheen Schaamteloos Randstedelijk (VSR) [een podcast voor alle jonge mensen in de stad op zoek naar houvast].’

WAT DOE JE IN JE FUNCTIE ALS INFORMATIESPECIALIST BIJ HET SCHEEPVAARTMUSEUM?
‘We werken in de bibliotheek met twee betaalde krachten en daarnaast met vrijwilligers. Mijn collega Marja Goud is hoofd van de bibliotheek en doet de aankopen voor de collectie, want zij heeft meer kennis van scheepvaart. Ik houd me bezig met het verfijnen van de thesaurus, het maken van de titelbeschrijvingen en het schrijven van boekbesprekingen. Daarnaast help ik de mensen die hier komen met hun vragen. Die vragen zijn enorm uiteenlopend. Je hebt de liefhebbers van oude boten die alles willen weten over een bepaald scheepstype en je hebt mensen die iets vinden op het strand en willen weten wat het is. Verder zijn er mensen die zoeken naar informatie over familieleden die hebben gereisd of hebben gewerkt op schepen of scheepswerven. Ik help ze zoeken naar technische tekeningen of met genealogisch onderzoek. Ik geniet erg van het contact met de mensen. Ik kijk naar de mens achter de vraag en ik help met het aanscherpen van de vraag. Goed kunnen communiceren is een belangrijke vaardigheid voor een informatiespecialist. 

De boeken en tijdschriften van voor 1850 liggen in het depot. Mensen kunnen die alleen op aanvraag inzien en ik begeleid ze dan naar het depot. De bibliotheek is gratis toegankelijk voor iedereen, maar we lenen niet uit. Mensen kunnen hier in de studiezaal komen lezen of studeren.’

WAT IS JE FAVORIETE BIBLIOTHEEKCOLLECTIESTUK?
‘Ik vind het mooi als er persoonlijke notities in een boek staan; sporen van een gebruiker, zoals aantekeningen in de kantlijn. We hebben in de collectie een negentiende-eeuws scheepsjournaal waarin in de kantlijn doodshoofdjes zijn getekend bij de dagen dat er iemand was overleden. Zoiets maakt de geschiedenis heel tastbaar.’

WAT ZIE JE ALS DE GROOTSTE UITDAGING VOOR HET BIBLIOTHEEKVAK DE KOMENDE JAREN?
‘De grootste uitdaging is ervoor te zorgen dat mensen naar de bibliotheek blijven komen. Dat ze de waarde ervan inzien. Er is veel digitaal beschikbaar, maar een oud boek bekijken en hier in de bibliotheek zitten, waar de kennis zichtbaar staat opgetast, is toch een andere ervaring. We moeten openstaan voor nieuwe ontwikkelingen en het goede oude behouden.’ <

IP | vakblad voor informatieprofessionals | 01 / 2024